Capsaicine
(NB : waarschijnlijke bron van deze bewering: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/2520386/)
Capsaïcine
Om de reproduceerbaarheid van het therapeutische effect van capsaïcine te verifiëren, werd in maart 1994 een 2-jarig vervolgonderzoek uitgevoerd bij patiënten met clusterhoofdpijn (17 met de episodische vorm, 8 met de chronische vorm) die positief reageerden op de eerste behandeling met capsaïcine. Tijdens deze periode werden ze opnieuw behandeld met capsaïcine als de symptomen opnieuw optraden.
Capsaïcine deactiveert de vezels die immuun zijn voor substance P en CGRP in het neusslijmvlies van de rat. Bij de gezonde controles induceerde een eenmalige toepassing vasodilatatie in de interne halsslagader, terwijl de middelste cerebrale slagaders en de basilair slagader vernauwd werden.
De resultaten van de vervolgstudie tonen aan dat bij 65% van de patiënten het gunstige effect van capsaïcine opnieuw aanwezig was wanneer de behandeling werd herhaald. Bij de chronische patiënten was het therapeutisch effect altijd van voorbijgaande aard (maximaal één maand).
Bron: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/7515383/
In een studie uit 1993 werd gesuggereerd dat behandeling van clusterhoofdpijnpatiënten met uitwendig capsaïcine sensorische neuronen kan desensibiliseren door de zenuwterminals te ontdoen van substantie P. Wij probeerden te bepalen of capsaïcine effectief is in het onderdrukken van CH aanvallen. Patiënten met een acuut cluster werden gerandomiseerd om gedurende 7 dagen capsaïcine of placebo te krijgen in het ipsilaterale neusgat. De patiënten registreerden de ernst van elke hoofdpijn gedurende 15 dagen. De hoofdpijn op dag 8-15 van de studie was significant minder hevig in de capsaïcine-groep versus de placebogroep. Er was ook een significante afname in de ernst van de hoofdpijn in de capsaïcine groep op dagen 8-15 vergeleken met dagen 1-7, maar niet in de placebogroep. Episodische CH patiënten bleken er meer baat bij te hebben dan chronische CH patiënten. Deze resultaten wijzen erop dat intranasale capsaïcine een nieuwe therapeutische optie kan bieden voor de behandeling van deze ziekte.
Bron: https://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1046/j.1468-2982.1993.1302114.x